Het oog van de eeuw | Henri Cartier-Bresson herbekeken

Het loopt storm voor de indrukwekkende retrospectieve van het oeuvre van Henri Cartier-Bresson waarmee het Centre Pompidou tien jaar na zijn dood uitpakt. Meer dan vijfhonderd foto's, tekeningen, schilderijen en authentieke documenten.

HCB - zoals kenners afkorten - was een van de grondleggers van de moderne fotografie, pionier van de fotojournalistiek en een van de invloedrijkste fotografen van de voorbije eeuw. Veel van zijn foto's zijn tot ware iconen uitgegroeid.

HCB was vrijwel de hele eeuw als fotograaf en kunstenaar actief en wordt daarom wel eens L'oeil du siècle genoemd. Hij bracht veel wereldschokkende gebeurtenissen in beeld, maar natuurlijk kon ook hij niet altijd en overal aanwezig zijn, en bovendien stopte hij begin jaren 1970 als beroepsfotograaf.

De catalogus (meer dan de tentoonstelling) besteedt gelukkig ook aandacht aan de ideologische rode draad doorheen Cartier-Bressons leven en werk. Een dimensie die doorgaans verzwegen of zelfs ontkend wordt. Dat heeft vooral te maken met het anticommunisme dat na WO-II het Westen in zijn greep kreeg. Als HCB aan de slag wou blijven als fotoreporter moest hij zijn communistisch verleden zoveel mogelijk voor zichzelf houden.

Surrealisme

HCB werd in 1908 geboren in een familie van rijke textielbaronnen. Schools leren zei hem niet veel, tekenen en schilderen des te meer. Op zijn negentiende ging hij in de leer bij André Lhote, een kubist die het belang van geometrie beklemtoonde. Het spel van lijnen en vormen, het herkennen van onvermoede orde – het zou HCB levenslang begeesteren.

Als leerling schilder frequenteerde hij de Parijse avant-garde. De communistische en surrealistische levensfilosofie van Louis Aragon en André Breton, met haar beklemtoning van toeval, intuïtie, spontane expressie, revolte en revolutie, sprak hem sterk aan. Het surrealisme liet hem nieuwe verbanden zien, vormde mee zijn kijk.

Het leven dat HCB toen leidde had ook iets surrealistisch. In 1930 trok hij naar Ivoorkust, Frans koloniaal Afrika. Weg van de oude en beschaafde wereld, op zoek naar het ongekende en exotische. Velen waren hem voorgegaan, op zoek naar de originaliteit en vitaliteit die de westerse beschaving onderdrukt.

In Afrika leefde HCB van het wild dat hij schoot. Hij schoot ook foto's en de tien die bewaard bleven getuigen van groot talent.

Na bijna een jaar keerde hij als overtuigd antikolonialist terug en besliste fotograaf te worden. Hij kocht een Leica, de enkele jaren voordien geïntroduceerde kleinbeeldcamera met een snelle sluiter, uitstekende optiek en groot gemak van bediening. Met drie foto's in vijf seconden werd fotografie ogenblikkelijk. Terwijl elke beweging stilgezet kon worden, konden fotografen zich dankzij de lichtgewicht camera ook vrijuit bewegen. Cartier-Bresson, André Kertész en anderen diepten dit op meesterlijke wijze uit. HCB danste vaak rond zijn onderwerp als voerde hij een ballet op.

Beslissend ogenblik

Cartier-Bresson wordt zo vaak de meester van 'het beslissend ogenblik' genoemd, dat het etiket zijn werk uitholt. The Decisive Moment was de titel van de Engelse versie van zijn eerste boek, Images à la sauvette (1952). De dubbele betekenis van 'à la sauvette' - 'in allerijl' en 'clandestien' – gaf de geest van zijn foto's goed weer. Maar beide titels werden niet door hem, maar door uitgevers bedacht. In zijn inleiding had HCB het wel over het genot iets in één beeld te vatten, en boven zijn tekst plaatste hij ook een citaat van kardinaal de Retz (17de eeuw): "Il n'y a rien en ce monde qui n'ait un moment décisif". Een zin uit de memoires van de kardinaal over twee politieke kansen die hij als staatsman had gemist.

HCB zag weliswaar in een oogwenk het typerende van een situatie, wachtte soms tot die zich realiseerde (vele uren voor Derrière la gare Saint Lazare) en wist voor hij afdrukte hoe het beeld er als foto zou uitzien). Maar ook hij maakte verscheidene foto's van dezelfde scène om later op contactbladen (een projectie van de kleinbeeldfilm) dat ene beeld te kiezen waarin het mirakel van het ogenblik zich voltrok: het harmonisch samenvallen van toeval en geometrie. HCB had het liever over 'foto's schieten' (le tir photographique), beeldenjacht, iets waar hij als adolescent zeer bedreven in was, maar dan op echt wild. en wist voor hij afdrukte hoe het beeld er als foto zou uitzien.

  Derrière la Gare Saint Lazare (c) Magnum

Als fotograaf keek hij met het oog van de tekenaar. Zijn camera noemde hij een 'mechanisch schetsboek', zijn foto's 'directe tekeningen'. Met HCB als gevoelige plaat leverde dit ongeziene beelden op. Foto's die werkelijkheden onthullen die voor een ongeoefend oog onzichtbaar bleven.

Sociaal bewogen

Begin jaren 1930 begon HCB de wereld af te reizen. In afgelegen streken en armenwijken legde hij gulzig het dagelijks leven van 'doodgewone' mensen vast: kinderen, clochards, bordelen, vervallen gebouwen, doodlopende straatjes. De tweede helft van 1934 zat hij in Mexico, toen met zijn links-marxistische regering een trekpleister voor de avant-garde. Stukje bij beetje ging HCBs surrealisme over in sociaalrealisme.

In 1935 leefde hij als bohemien in New York en radicaliseerde verder in contact met revolutionaire kunstenaars en intellectuelen. Hij raakte geïntrigeerd door bewegende beelden (movies) en leerde van linkse documentairemakers de beginselen van filmregie.

Na vergeefse sollicitaties bij G.W. Pabst en Luis Bunuel, kon hij als assistent aan de slag bij Jean Renoir. In 1936 voor La vie est à nous, propaganda voor de verkiezingscampagne van de Franse communisten, en Une partie de campagne. In 1939 volgde La règle du jeu, een parodie op de klassenmaatschappij.

Ondertussen was HCB, samen met Robert Capa en David Seymour ('Chim'), aan de slag als fotoreporter voor Ce Soir, een communistische avondkrant die kort voordien werd opgericht door Louis Aragon. Zijn eerste grote opdracht (voor het communistisch weekblad Regards) was de kroning van King George VI in mei 1937. De wereldpers stroomde samen in Londen, de BBC maakte haar allereerste televisiereportage, maar HCB schoot niet één beeld van de koning. Hij keerde alle pracht en praal de rug toe om het volk in beeld te brengen dat zich eraan laafde en bezatte. Hij bekeek het kijken, probeerde 'de ziel' van het volk te vatten.    

Politiek engagement

Midden jaren dertig, toen in Duitsland Hitler aan de macht was, Mussolini's troepen Ethiopië binnenvielen en in Spanje een burgeroorlog op til was, was Cartier-Bresson er vast van overtuigd dat het communisme een betere toekomst garandeerde dan fascisme en kapitalisme.

Eind 1937 draaide hij Victoire de la vie, een huldebetoon aan de internationale solidariteit voor Republikeins Spanje. In beslag genomen door nog twee documentaires over de Internationale Brigades vergat hij zowaar te fotograferen.

Kort na de Duitse inval in Frankrijk belandde hij, zoals veel Franse soldaten, in krijgsgevangenschap. Na drie jaar dwangarbeid kon hij ontkomen en dook in Frankrijk onder bij communistische vrienden in het verzet. Na daar op het nippertje ontsnapt te zijn aan deportatie, voelde hij zich de rest van zijn leven een gevangene op de loop.

In augustus 1944 bracht hij samen met anderen de bevrijding van Parijs in beeld. In april 1945 trok hij met Amerikaanse troepen naar Duitsland voor een documentaire over de terugkeer van Franse krijgsgevangenen en gedeporteerden. Terwijl twee Amerikanen filmden had HCB de handen vrij om te fotograferen. Hij maakte een unieke reportage van een door Amerikaanse bevrijders toegelaten en goed georganiseerde bijltjesdag in een kamp voor 'displaced persons'. De reportage werd nooit gepubliceerd, maar één foto eruit wordt steevast voorgesteld als een icoon van de bevrijding van de concentratiekampen. De tentoonstelling stelt dit een heel klein beetje recht maar het blijft allemaal zeer onvolledig en historisch onjuist. Meer over dit onderwerp Buiten beeld.

Eigen baas

In 1947 in New York richtte HCB samen met Robert Capa, David Seymour, George Rodger en William Vandivert Magnum Photos, Inc op. Deze door henzelf beheerde coöperatieve werd al snel toonaangevend. Magnum zag het ook groots: elke oprichter kreeg een continent toegewezen (Cartier-Bresson India en Zuid-Oost-Azië). Hun foto's verschenen in grote fotomagazines (Vu, Life, Paris-Match…) die, voor er sprake was van televisie, de wereld in beeld brachten voor het grote publiek.

Cartier-Bresson ging nu voluit voor verslaggeving. Briljante foto's, maar minder kunstzinnig dan vroeger. Platte commercie schuwde hij evenwel en uiteindelijk keerde hij Magnum de rug toe omdat het agentschap al te commercieel werd. HCB bleef reizen en fotograferen tot hij begin jaren 1970 stopte als beroeps en terugkeerde naar zijn eerste liefde: tekenen en schilderen.

Rebellie

Henri Cartier-Bresson, die zich als zoon van een van de tweehonderd rijkste families van Frankrijk van jongsaf afvroeg waar het geld vandaan kwam, rebelleerde tegen de gevestigde orde van kapitaal, macht en kunst. Zijn geloof in permanente revolutie en zijn libertaire levenshouding kleurden zijn hele leven en werk. Als 92-jarige werkte hij nog mee aan Vers un autre futur, een anarchistische tentoonstelling die enkele van zijn foto's koppelde aan teksten van Mikhail Bakoenin die er niet om liegen.

De retrospectieve in Parijs besteedt ook aandacht aan enkele thema's die HCB meer voor zichzelf dan als reporter belichtte: de mechanisering van arbeid, machthebbers en machtsuitoefening, massa en consumptiemaatschappij. Bij het terugkijken op 'zijn' eeuw beschouwde hij de opkomst van de consumptiemaatschappij als het belangrijkste breukpunt. Volgens hem stevent de westerse maatschappij, met haar steriele navelstaarderij, technologische neuroses en mondialisering van het rentabiliteitsbegrip regelrecht op wereldwijde slavernij en ondergang af.

Wat hier verder ook van zij, het is een geweldige tentoonstelling. Ga dat kijken, ga dat zien!

12 februari tot 9 juni 2014, elke dag, behalve dinsdag van 11 tot 21u, toegangsprijs 11 tot 13 €

De catalogus, met prachtige foto's en teksten, is een aanwinst voor elke bibliotheek (salontafel formaat, 49,90 €)

Lichtjes ingekort verschenen in De Standaard van 15.2.2014