Mensen verschillen, verschillende mensen

Hoe komt het dat alle Aziatische of negroïde mensen zo op elkaar lijken? En vinden hun dat alle westerlingen op elkaar lijken (vraag van achttienjarige jongeman op www.ikhebeenvraag.be) 

1. Alle Aziatische en negroïde mensen lijken NIET werkelijk op elkaar, net zo min als alle blanken dat  doen. Wij zien ze als gelijk, maar het is onze waarneming die stereotiep is, zij stereotypeert 'anderen'. 

2. Dat komt omdat onze aandacht bij mensen van een ander ras vrijwel automatisch gericht is op, en opgeslorpt wordt door de wijzen waarop die mensen uiterlijk opvallend van ons (ons ras) verschillen: andere huidskleur, anders gevormde neus, ogen (oogleden) etc... Op die manier lijken die mensen  natuurlijk wél sterk op elkaar, zoals ook wij blanken of tafels dat doen. Maar gaat hier dus om afstandelijke, oppervlakkige en stereotiepe waarneming. 

Bij mensen van eigen ras (of cultuur) zijn we gewend aan onze gelijkenis;  we ervaren ze als normaal , merken ze niet meer op. En daardoor hebben we oog voor individuele verschillen, vallen de persoonlijke kenmerken het sterkst op. 

3. Dat verandert als je relaties aanknoopt, open sociaal contact aangaat met die mensen, je in hen verdiept. Dan leer je individuen, enkelingen, tastbare mensen kennen en waarderen; en zul je ook al gauw zien dat ze uiterlijk even veel of weinig lijken en verschillen als wij blanken. De (verschillende) ander wordt een persoon, een individu (=onverdeeld, onverdeelbaar). 

4. Je kunt dit fenomeen doortrekken tot andere categorieën van mensen, dieren en zaken. Onbekend en gestereotypeerd lijken alle vrouwen op elkaar (dan fixeer je je op de opvallend verschillende lichaamskenmerken) zoals ook alle mannen dat doen. Of doe de proef met vis, zoogdier, insect, kat, hond, stoel of tafel. 

5. Wat onbekend is wordt ongedifferentieerd (=niet opgedeeld, niet verschillend), als één en hetzelfde waargenomen. Dat geldt dus ook in omgekeerde richting, ook blanken/westerlingen worden door mensen van een ander ras of cultuur aanvankelijk als zeer gelijkend gezien. 

6. Vijanden van bepaalde categorieën van mensen (vrouwenhaters, racisten...) stellen dat wie ze haten "allemaal dezelfden" zijn. Ze stereotyperen hun persoonlijkheid negatief, beroven hen van elke individuele persoonlijkheid. En als dat niet lukt, de 'abnormale' vijand toch met 'normale' mensen verward dreigt te worden, naait men hen wel een jodenster op. 

(augustus 2009)