Hitlers prestatie | Sebastian Haffner - Kanttekeningen bij Hitler

Sebastian Haffner, een gerenommeerd Duits journalist en politiek commentator, verwierf in 1978 wereldvermaardheid met zijn Kanttekeningen bij Hitler. Achter die bescheiden titel gaat een originele en moedige biografie schuil. Dat blijkt meteen uit de inhoudstafel: 'Leven, Prestaties, Successen, Vergissingen, Fouten, Misdrijven, Verraad'. Prestaties en successen van Hitler? Ongehoord! En dan dat onderscheid tussen 'vergissing', 'fout', 'misdrijf' - was niet alles wat Hitler deed misdadig?!

Haffner veegt de vloer aan met demonisering en clichés. Alles wat Hitler gedacht of gedaan heeft taboe verklaren, is onzinnig, 'twee maal twee blijft vier, ook al zou Hitler dat hebben beaamd'. Het is bijvoorbeeld een waarheid als een koe dat er verschillende rassen bestaan, wie dat woord na Hitler niet meer in de mond wil nemen zal een synoniem moeten bedenken.

Haffner hangt een historiserend beeld op; de Führer zoals ervaren in zijn tijd, onder meer door Haffner zelf. Die werd in de beginfase even meegesleept door het nazi-regime, maar ontkwam in 1938 met zijn joodse vriendin naar Engeland. Vanuit die betrokkenheid en dat buitenstaanderschap (hij keerde pas midden jaren vijftig naar Duitsland terug) oordeelt hij. En dat leverde een intellectueel prikkelend boek op, vol boude beweringen, controversiële en uitdagende stellingen. Een politieke biografie, want over het individu Hitler valt niets te vertellen, zijn leven ontbeerde 'alles wat een mensenleven normaliter betekenis, warmte en waarde verleent'.

Hitlers grootse prestaties? Het Wirtschaftswunder, in drie jaar tijd was het enorme werkloosheidsprobleem van de baan. Even sensationeel en onverwacht was de herbewapening van Duitsland, in 1938 had het het sterkste leger van Europa. En in minder dan tien jaar tijd wist de Führer bijna het hele volk achter zich te scharen; niet als nazi's maar als aanhangers, Führergelovigen. Dat Hitler zijn politieke tegenstanders de mond snoerde met geweld en terreur, vermeldt Haffner slechts terloops, tussen haakjes. Ook het eigentijds perspectief heeft zo zijn beperkingen.

Hitler was een 'buitengewoon daadkrachtig, inventief en efficiënt leider' maar als staatsman bakte hij er niets van. Al zijn prestaties waren van korte duur en alle successen werden behaald op 'tegenstanders die niet in staat of die niet bereid waren om werkelijk verzet te bieden', Hitler overwon alleen 'wat toch al verloren was'. De Weimarrepubliek bijvoorbeeld, stond op instorten toen Hitler als politicus op het toneel verscheen. De man wierp maar 'omver wat al viel, doodde slechts wat al stervende was', al moet erkend dat hij daarvoor een onfeilbaar instinct had.

Haffner nam als een der eersten de moeite om Hitlers politieke wereldbeschouwing te bestuderen. De Führer bleek geen raszuiver opportunist te zijn, maar iemand die halsstarrig vasthield aan zijn politieke ideologie en strategie zoals uiteengezet in Mein Kampf (1924-26). Rassen (of volken), niet staten, zijn de dragers van historische gebeurtenissen. Rassen bestrijden elkaar omdat de levensruimte beperkt is; oorlog is een natuurlijk fenomeen. Het Duitse Lebensraum ligt in het oosten, moet op Rusland veroverd worden. Dat alles doordrenkt met Hitlers paranoïde antisemitisme: de joden zijn op wereldheerschappij uit en moeten dus vernietigd worden.

Voor Hitler was de staat geen ordesysteem om burgers te beveiligen en te beschermen, geen middel tot vrede, maar een oorlogsmachine. Oorlog was geen uitzonderingstoestand, afgerond door vrede, maar de norm. Bij elke nieuwe overwinning dacht hij meteen aan de volgende campagne of oorlog. De in 1938 in München gesloten overeenkomst, waarbij Engeland en Frankrijk omwille van de lieve vrede instemden met de verdeling van Tsjecho-Slowakije, iets wat vriend en vijand als 'een fabuleuze triomf van Hitler' zagen, ervoer hijzelf bijna als een nederlaag. Oorlog wou hij, geen vrede.

Ook in de zomer van 1940, toen Frankrijk verslagen was, gaf Hitler de kans uit handen om de hegemonie van Duitsland over een groot deel van Europa te vestigen. In plaats van vrede te stichten, zette hij alles op het spel door 'de verovering en bezetting van Europa, wat zich laat vergelijken met de kwaadaardige verkrachting van een volkomen gewillige vrouw'. Hadden we toen maar, verzucht Haffner, een Bismarck gehad! Maar Hitler, die dacht maar aan één ding, Rusland veroveren, waarmee hij zijn bijna complete overwinning omboog tot een onvermijdelijke nederlaag.

Een nederlaag die Hitler, dixit Haffner, hardnekkig nastreefde toen hij eind 1941 doorkreeg dat hij zijn primaire doel, Duitse heerschappij over Europa, niet zou bereiken. Van dan af legde hij zich toe op dat andere, lang voordien geplande doel, de jodenuitroeiing. Dit is een meer dan betwistbare stelling. Hitler wou de joden kwijt, dwong honderdduizenden tot emigratie (tot overleven, zo men wil); pas toen dat niet meer lukte, onder meer omdat niemand nog joden wou opnemen, ging hij, gedekt door de oorlog, over tot genocide. En die begon niet, zoals Haffner stelt, begin 1942 omdat de campagne in Rusland mislukte, maar een half jaar eerder, mét de inval in Rusland.

Kanttekeningen is een briljant essay maar er staan manifeste onjuistheden in, zeker wat de massamoorden op geesteszieken, joden en zigeuners betreft. Haffner intentionaliseerde al te zeer en overschatte de rol van Hitler. Dat deed hij in reactie op de toenmalige geschiedschrijving over het nationaal-socialisme; die spitste alle aandacht toe op sociale structuren ten koste van individuen. Haffner daarentegen beklemtoonde de invloed van 'grote mannen' op het verloop van de geschiedenis. De 'wereld van vandaag is ook het werk van Hitler'; zonder zijn fouten zouden Duitsland en Europa niet opgesplitst zijn. Klopt, maar of ook de dekolonisatie aan Hitler moet worden toegeschreven, en of er 'zonder Hitler geen Israël' zou geweest zijn, dat is toch zeer de vraag.

Wel zeker is het verraad van Hitler. Toen zijn uitverkoren volk niet 'sterk en offerbereid genoeg bleek om zijn eigen bloed voor zijn bestaan in te zetten', wou hij alle Duitsers dood; 'als een opvliegende, ontgoochelde renstalbezitter die zijn beste paard laat doodranselen omdat het de derby niet heeft kunnen winnen'.

Sebastian Haffner - Kanttekeningen bij Hitler, Roeselare, Roularta, 2002 - ISBN 90 5466 630 7

Deze bijdrage verscheen in de reeks 'De klassieker' in De Tijd van 19 december 2003.