Dan maar beter dood

Deze week brengt het Toneelhuis De rechter en de beul , een aangrijpend toneelstuk gebaseerd op de moedige en confronterende roman van Janine de Rop uit 1970.

Het verhaal speelt grotendeels in nazi-Duitsland en draait rond drie figuren, twee artsen en een doktersassistente. Peter, een briljant neuroloog en directeur van een gerenommeerde psychiatrische instelling, weigert mee te werken aan het nazi-euthanasieprogramma. Zijn vriend Martin, een doorsnee arts en directeur van een asiel, beslist wel mee te werken aan de moord op tienduizenden mentaal en fysiek gehandicapten. Anders dan Peter, een academicus voor wie patiënten meer studieobject dan mens zijn, is Martin sterk betrokken bij de mensen die aan zijn hoede zijn toevertrouwd. Hij was er lang voor de nazi's aan de macht kwamen al van overtuigd dat sommige zware geesteszieken, mensen zonder levensbesef, dood beter af zijn dan levend. Al walgt hij van de nazi's en hun niet door liefde of mededogen ingegeven maar van staatswege bevolen 'euthanasie'... toch maakt hij dankbaar gebruik van de gelegenheid. Zijn laatste twijfels worden weggenomen door assistente Inge die - zoals Janine de Rop - op haar tweede door polio verlamd werd aan beide benen. Als gehandicapte, dus kroongetuige, overhaalt ze de rechter, de arts die over opname en behandeling beslist, dat hij zijn vonnis ook voltrekken moet, beul moet worden. Samen sturen ze enkele duizenden gehandicapten een wisse dood in. Inge zal Martin uiteindelijk overhalen om ook haar te 'euthanaseren'.

Inge's motief is onzuiver. Ze heeft als gehandicapte haar hele leven gevochten om voor vol aanzien te worden door niet-gehandicapten. Ze nam, anders dan haar soortgenoten, geen vrede met een ersatzleven. Ze heeft ook veel bereikt, is scheikundige geworden, heeft een volwaardige job. Maar nu Peter haar als geliefde aan de kant heeft gezet, beseft ze dat het nooit genoeg zal zijn. In de ogen van volwaardigen zal ze altijd minder waard, minderwaardig blijven. Je prestaties doen er als gehandicapte namelijk niet toe. Je wordt als gehandicapte, niet als individu gezien; bent en blijft een getekende. Mensen wijzen van nature ziekte, gebrek en aftakeling af. Zelfs wie gehandicapten volledig lijkt te aanvaarden, verraadt op onbewaakte momenten dat hij diep vanbinnen vies is van hen. Er is in deze maatschappij geen plaats voor gebrekkigen. Nee, ze heeft alle wegen uitgeprobeerd, maar alle liepen ze dood.

Nazi-Duitsland nu, heeft de "latente gevoelens van onbehagen en wantrouwen, die bij de meeste mensen steeds aanwezig zijn tegenover mindervaliden" tot leerstelling en deugd verheven. "Cynisch, zonder er omheen te draaien", heeft Hitler "de lijn doorgetrokken die veel anderen honderd keer in gedachten hebben uitgestippeld".

Martin blijft er ook na de oorlog van overtuigd juist gehandeld te hebben. Inge zou haar inzinking weliswaar te boven gekomen zijn, maar dat zou geen moer veranderd hebben aan de realiteit, aan de afgrond van onverschilligheid, wantrouwen en vijandigheid die tussen vol- en minderwaardigen gaapt. Ook wat men hier en nu doet voor gehandicapten is slechts schijn en hypocrisie. Men schreeuwt moord en brand als een moeder haar zwaar gehandicapt geboren kind doodt, maar niemand zegt hoe ze dan wel moeten leven. In nazi-Duitsland werden de maskers ten minste afgezet, werden de rechters ook beul. Wij achten ons humaner omdat we de doodstraf meteen in levenslang omzetten: levenslange opsluiting in een onvolwaardig lichaam en/of in een instelling. Nee, Martin heeft het er "in deze leugenachtige maatschappij, met haar dubbele moraal" beslist niet slechter afgebracht dan vele anderen.

De rechter en de beul stelt de problematiek van de integratie van mensen met een fysieke of psychische handicap op vlijmscherp. De Rop brengt de sterke overtuiging van sommige gehandicapten over dat ze nooit volledig geaccepteerd zullen worden en trekt dat in alle extremiteit door. Geen totale aanvaarding, dan maar beter dood.

Voor zo'n drastische boodschap een uitgever vinden was ook in de jaren 1970 geen sinecure. In progressieve kringen werd De Rops boek en boodschap positief onthaald, elders reageerde men verontwaardigd en verbolgen, ook gehandicapten en verenigingen die zich om hen bekommeren. Maar de werkelijke discussie, over de al dan niet onmogelijke integratie van gehandicapten, die werd omzeild.

In het boekje dat het Toneelhuis ter gelegenheid van de voorstelling publiceert, maakt Janine de Rop duidelijk dat ze veertig jaar later niet van mening veranderd is. Mensen stoten van nature af wie 'anders' en dus 'minder' is. Maar die anderen, gehandicapten, worden nog steeds veroordeeld tot leven. Dan moet er wel voor gezorgd worden dat dat een zo goed mogelijk leven is, met inbegrip dus van de mogelijkheid eruit te stappen als de betrokkene dat wil. Dat recht wordt gehandicapten nog altijd ontzegd, "de sleutel van de medicijnkast blijft onherroepelijk bij de medicus".

Ieder mens heeft recht op zelfdoding en zou, als hij of zij daar niet (meer) zelf toe in staat is, onder bepaalde voorwaarden en zorgvuldigheidseisen geholpen moeten worden. Iets anders is of gesofistikeerde, 'medische' zelfdodingmiddelen overal, altijd en voor iedereen beschikbaar moeten zijn. Moet de verregaande medicalisering van leven en overleven beantwoord worden met een analoge medicalisering van de dood? Vraag is ook of het wel zo verstandig is zelfdoding, zelfgekozen euthanasie en nazi-euthanasie zozeer door elkaar te haspelen als hier gebeurt.

De Rop bracht in De rechter en de beul onder woorden wat de nazi's uitvoerden maar... niet onder woorden durfden brengen, beducht als ze waren voor het felle, vooral kerkelijk geïnspireerd protest tegen de massamoord op gehandicapten. Door dit verzet konden de nazi's hun propagandafilms voor het 'euthanasie'programma niet zoals gepland vertonen. De speelfilm Ich klage an (1941), die qua verhaalstructuur wonderwel overeenkomt met De rechter en de beul, werd uiteindelijk zo zwaar gecensureerd dat de uitroeiing van gehandicapten compleet naar de achtergrond verdween (zie mijn bijdrage in voormeld boekje van het Toneelhuis of op www.serendib.be, 'nieuw').

Marc Cosyns, die zich als arts al jaren inzet voor een bredere en vrijere euthanasiewetgeving, kruipt voor dit toneelstuk als acteur zowaar in de huid van Martin, de euthanasie-arts uit het nazi-tijdperk. Bijzonder stoutmoedig allemaal, maar misschien toch niet zo'n verstandige aanzet tot een serene discussie over vrijwillige levensbeëindiging.

Janine de Rop ziet er geen graten in. Toch protesteerde ze ooit tegen die koppeling van zelfgewilde genadedood aan nazi-euthanasie. Alsof, stelde ze eind 1998 in 'De hypocrisie ontmaskeren' (in Recht op Waardig Sterven ) "iedere terminale patiënt, iedere gehandicapte, iedere demente of hulpeloze demente, voor zijn leven zal moeten vrezen van zodra ook maar iets in de richting van euthanasie geregeld wordt". En nog: "Wie niet totaal te kwader trouw is wéét dat alleen reeds het dùrven koppelen van voornoemde systematische vernietiging van zogenaamde 'lebensunwertigen' aan de huidige euthanasieproblematiek, getuigt van hetzij totale onwetendheid inzake de materie of anders - wat het meest voor de hand ligt - van kwaadwillig opzet, om elke actie op voorhand te hypothekeren".

Tegelijk vraagt De Rop zich ook hier af of onze "gloeiende verontwaardiging over de schandalige nazi-praktijken wel zo zuiver is"; niet gewoon nog een uiting van de meedogenloze overtuiging dat àlle leven, hoe levensonwaardig ook, heilig is en dus koste wat het kost bewaard moet worden. Ze stelt daar terecht tegenover dat elke "afgeschreven bejaarde, elke vergeten gehandicapte" het recht, de wettelijke mogelijkheid moet krijgen om als zij vindt dat haar tijd gekomen is, op een behoorlijke manier uit het leven te kunnen stappen.

De voorstellingen van De rechter en de beul gaan door op 4, 5, 6 en 7 februari in de Monty in Antwerpen. Ze worden voorafgegaan en gevolgd door een documentaire, een tekstlezing en debatten over euthanasie, progressieve ethiek en de al dan niet absolute waarde van leven. Meer dan de moeite waard, maar zo te zien komt de problematiek die Janine de Rop in 1970 al aan de orde stelde opnieuw niet aan bod.

Sterk ingekort verschenen in De Standaard van 3 februari 2009